Donderdagavond 15 mei om 23.00u reden Bram Rijksen, mijn broer Bart en ik de nacht in op weg naar een vogelavontuur in Hongarije. Na een nacht, een morgen en een halve middag rijden, arriveerden we op Farm Lator. Een natuurcentrum met pension. We hebben er een fantastische tijd gehad. Een week lang puur natuur.

We zijn direct al zaterdag een dag op excursie geweest met Rob de Jong. De eigenaar van Farm Lator en tegelijkertijd een zeer ervaren gids en flora- en faunakenner. We hebben die dag Klein Hortobagy verkent. De eerste bijzondere soorten van de reis zagen we al snel: sakervalk, kleine klapekster, keizerarend, syrische bonte specht, kwak, ralreiger, zwarte ooievaar en kraanvogel. Maar ook de gewonere soorten voor Hongarije zijn voor Nederlandse begrippen bijzonder: grauwe klauwier, grauwe gors, sperwergrasmus, wielewaal, scharrelaar en bijeneter. Je kunt ze overal tegenkomen. En dat maakte het gebied waar we waren zo boeiend!

Rondom Farm Lator kon je ook van alles beleven. John, een natuurdeskundige uit Engeland die gasten op allerlei terrein in de natuur wegwijs maakte, liet z’n nachtvlinders zien of nam ons mee om vuursalamanders te bewonderen in het bos. We zagen er vlinders, libellen, kikkers, salamanders, vleermuizen, reeën, dassen- en zwijnensporen enz. En natuurlijk allerlei vogels. We ontdekten nog een paartje gekraagde roodstaart, en dat bleek voor Hongaarse begrippen dan weer zeldzaam te zijn. We stonden vrijwel iedere morgen om half 6 op om een fotohutje in te gaan bij een plek waar dagelijks gevoerd werd. Elke dag gegarandeerd: appelvink, europese kanarie, middelste bonte specht, grote bonte specht, boomklever, groenling en putter. In de verte hoorde je bijvoorbeeld: grijskopspecht, draaihals, withalsvliegenvanger en een zoemtoon van miljoenen bijen van de imker.

Elke dag maakten we onze excursies. Meestal met z’n drieën, twee dagen met een gids. Hoogtepunten werden: de zoektocht naar de oeraluil, die we uiteindelijk alleen in de verte zagen verdwijnen en het grote Hortobagy. We ontdekten er zelf 5 grote trappen op de poesta. Elke torenvalk kon een roodpootvalk zijn. Elke buizerd, een wespendief. De aalscholvers verschrompelden tot dwergaalscholvers. Wat bij ons rietzangers zijn, waren hier buidelmezen en baardmannen. We regen vijf soorten arend aaneen: keizerarend, zeearend, dwergarend, schreeuwarend en slangenarend. We zagen in totaal 8 soorten spechten en 7 soorten reigers. Alles bij elkaar tel ik thuis154 Hongaarse vogelsoorten.

Natuurlijk stond een belangrijk deel van de week ook in het teken van de fotografie. Vanuit de hut in de tuin. Op de excursies om te registreren. Soms gerichte autoritjes naar een bijenetergroeve. Of macrofoto’s van salamanders. We konden onze lol wel op! Geniet maar mee van enkele van mijn mooiste foto’s van deze excursie.

We hebben met elkaar genoten van Gods natuurschoon, van de leuke vakantiecontacten op Farm Lator, van de rust, de vrijheid, de vroege ochtenden en zelfs de autorit.

Bart en Bram, bedankt voor deze zeer geslaagde Hongarije-trip!